Nieuw-Beijerland, 28 oktober 2019 Geachte Statenleden, Het is niet handig als een burger over gemeentezaken de provinciale route moet bewandelen. Het is een gegeven dat we tot en met 2028 aan elkaar verbonden zijn. We zijn al ruim 5 jaar onderweg als we de brede MER gemeente Korendijk meerekenen, dus een extra 10 jaar gaat best nog wel lukken. De provincie als bevoegd gezag, u als volksvertegenwoordigers in de Staten, nu dus een verlengstuk van de Raad van de Hoeksche Waard, specifiek inzake windpark Spui. We zullen er maar mee leren dealen. In de virtuele wandelgangen bemerken wij dat er mogelijk wat misverstanden omtrent het functioneren van de Compensatie Plan Groep (CPG) de ronde gaan. Wij vernamen dat wij zouden denken in complottheorieën, terwijl we gewoon een overleggroep zijn, die vanuit haar burgerpositie, informatie vergaart en daarop reageert. Wij willen via deze weg toch nogmaals een poging wagen daar bij u een ander beeld mee te geven en nogmaals een aantal zaken aan de kaak te stellen. Wij zijn als bewonersgroep opgericht 5 maart 2015, concreet met de doelstelling “behoud van woongenot” en “fatsoenlijke compensatie” Sommige van u associëren ons als een verlengstuk van de actiegroep Stichting tegen windturbines aan het Spui (STWAHS), terwijl wij vanuit onze statuten een doelstelling hebben om een positieve bijdrage te leveren aan het algemeen belang en de leefbaarheid te verbeteren. De STWAHS was in 2014 opgericht met als doelstelling het windpark tegen te houden en hiervoor dus ook tot aan de Raad van State door procedeerde. Deze stichting is inmiddels opgeheven. De CPG en de Stichting hadden dus geen enkel raakvlak met elkaars doelstellingen. Daarnaast heeft de CPG ook niet deelgenomen aan de Raad van State procedure, juist omdat zij met de provincie en de exploitant Klein Piershil BV in gesprek was. Tot de dag van vandaag blijft het dus uitermate dubieus met welke reden de provincie op 8 maart 2017 de gesprekken met de CPG heeft opgeschort. Een genoemde reden in dat schrijven was dat partijen even pas op de plaats wilde maken, lopende de Raad van State procedure. Maar die uitspraak was op 17 januari 2018. Geen enkele poging is er door de provincie ondernomen om die gesprekken weer recht te trekken, noch in te gaan op ons schrijven van 13 maart 2017 als antwoord op de brief van 8 maart 2017 opgesteld door de advocaat van windpark Spui (Cees advocaten). Als CPG zijn wij wel de gesprekken blijven voeren, zonder provincie en zonder Klein Piershil BV. Een tweede overweging voor het opschorten van de gesprekken, zoals weergegeven in het schrijven van de advocaat, was dat er behoefte was aan een bredere vertegenwoordiging. In 2015 zijn we begonnen met 5 omwonenden uit Nieuw-Beijerland, Piershil, Goudswaard en Simonshaven. Uniek al in z’n soort dat je als Dorpsvereniging het lef hebt om; a. De vertegenwoordiging op je te nemen voor meerdere dorpen. b. Toen dwars tegen de enorme weerstand van omwonenden en doelstellingen van de STWAHS in, toch die gesprekken met de provincie en Klein Piershil voerden. Dat is in een dorp, onder die omstandigheden, een behoorlijk kwetsbare positie! Juist vanuit die kwetsbare positie is het onbegrijpelijk dat je door de provincie bij het oud vuil wordt gezet. Juist op dat moment dat zaken uit het participatieplan meer in detail besproken zouden gaan worden, juist op dat moment laat de provincie ons zakken als een baksteen. Juist dat staat haaks op de richtlijnen die waren meegegeven in het energieakkoord 2013, dat toen van toepassing was. Hierin is o.a. opgenomen dat; – “Realisatie van deze ambitie vereist dat o.a. overheden actief bijdragen aan versterking van maatschappelijk draagvlak” (pag. 68) – “Voor het reserveren van meer ruimte voor wind op land is op lokaal en provinciaal niveau maatschappelijk en politiek draagvlak hard nodig” (pag.68) – “Een betere verdeling van lusten en lasten (compensatie en participatie) tussen ontwikkelaar en de omgeving is essentieel voor het vergrote van draagvlak” (pag.69) – Ontwikkelaars van windenergieprojecten commiteren zich om bij windprojecten draagvlak te organiseren door het actief betrekken van de omgeving” (pag. 69 – De sector ontwikkelt daartoe in 2013 in overleg met natuur- en milieuorganisaties en IPO/VNG een gedragscode die voor vergunningverleners de basis vormt voor genoemde eisen” (pag. 69) De windbranche ontwikkelde dus haar eigen gedragscode, welke bekend staat onder de NWEA gedragscode (oktober 2015). Hierin is o.a. opgenomen dat; – “Het versterken van draagvlak is een zaak van zowel de windsector als van overheden en andere betrokken partijen.” (pag. 2) – “Bij voorkeur wordt in samenspraak met betrokkenen gezocht naar participatieopties met een zo groot mogelijk maatschappelijk rendement” (pag. 2) – “I1. Maatwerk, elk windproject is uniek. Locatie, project en omstandigheden verschillen per project. Per project wordt bekeken hoe en op welke wijze de belangen van de omgeving van een windproject het beste geborgd kunne worden” (pag.4) – “I2De initiatiefnemer stelt in overleg met het bevoegd gezag en belanghebbende een participatieplan op” (pag. 4) -“I4. …voor de besteding wordt mede uitgegaan van de uitkomsten van een dialoog met de omgeving, zoals die ook vertaald zijn in een participatieplan” (pag. 4) – “II 1.1. Dat gebeurt in samenspraak met belanghebbende (zie II1.2)” (pag. 5) – “II1.2. De omvang en inhoud van het pareticipatieplan is afhankelijk van het project en de uitkomsten van de gesprekken met de omwonenden en andere belanghebbende” (pag. 5) – “In het participatieplan wordt beschreven hoe deze procesparticipatie vorm krijgt. Te denken valt aan: (opsomming 7 tal voorbeelden)” (pag. 5/6) – “Dit fonds kan ook worden ingezet voor bovenwettelijke maatregelen of maatregelen bovenop de vergunning voor stilstand of terugregelen van de windturbines als dit een expliciete wens is van de omgeving.” (pag.7) – “Een lokale regeling gericht op direct omwonenden in een bepaalde straal van de windturbines. Het kan gaan om het aanbieden van groene stroom met korting op de energierekening of andere (financiële) vergoeding” (pag. 7) Wie het leest mag het zeggen. Want dat is waar wij ons toen op inlazen, welke gedragingen mogen wij verwachten. Er was toen niks aan concrete informatie, die goed toegankelijk was voor omwonenden. Het participatieplan was geen maatwerk. Wij hebben er met onze neus bovenop gezeten en geconstateerd, aantoonbaar dus, dat Yard Energy Group BV gewoon een plan van het schap heeft getrokken die zij ook op een 5 tal andere windparken exact zo uitvoerde, niks maatwerk. De provincie zat in de greep van deze handige jongens en heeft zich compleet laten inpakken om de ondernemers hun businessplan maar vooral niet in de weg te zitten. No money, no honey”. Uw voorgaande gedeputeerde Weber noemde draagvlak een moeilijk en ingewikkeld begrip. Als je 19 jaar lang niks aan het verkrijgen van draagvlak doet (is dus ook de gemeente Korendijk), werkt het geforceerd doorzetten van dit windpark contraproductief. De omgeving komt in verzet en is niet meer voor rede vatbaar. Zij ziet namelijk de ontwikkeling van een windpark, waarbij haar leefomgeving ernstig wordt aangetast, zij blootgesteld wordt aan geluidsoverlast en slagschaduw met mogelijke gezondheidsklachten, flikkerende en constante contour-verlichting, woningen die in waarden dalen. Zonder dat daarvoor vooraf enige vorm van compensatie wordt gegeven, er geen enkel voordeel zal zijn als het park met de nodige overlast draait. Draagvlak is geen moeilijk begrip, het wordt pas moeilijk toepasbaar als er geen menselijke maat is. Toch lukt het ons die gesprekken te voeren en te blijven voeren, ook nadat de provincie actief deelnam in het opschorten van de gesprekken. Van die 5 omwonenden in 2015 zijn wij inmiddels gegroeid naar 70 omwonenden die lid zijn van de CPG. Niet omdat we hard schreeuwen, onze kerkelijke dorpen zijn per definitie niet al te schreeuwerig, dat maakt het naast een stil gebied ook gelijk een kwetsbaar gebied. Wij vinden oprecht dat de overheid een maat heeft overschreden. Als mens zult u dat haarfijn aanvoelen, maar functionerend vanuit uw politieke cocon, zult u wat anders roepen. En eigenlijk is juist dat wat ons als CPG verbind en op dreef houdt, die menselijke maat. Terugkomend op de brede vertegenwoordiging, dus naast de 70 omwonenden is er ook steun vanuit Dorpsvereniging Filopopers, Dorpsvereniging Piershil, Dorpsvereniging Coorndijk (Goudswaard) en buurtgroep Schuddebeursedijk (Simonshaven – gemeente Nissewaard) Die gezamenlijk dus op zoek zijn naar die menselijke maat. Dus wij zijn al die brede vertegenwoordiging, dat waren we onder de gegeven omstandigheden in 2015 ook al, toch werden de gesprekken direct na 17 januari 2017 (uitspraak Raad van State) niet hervat. Sommige van u rapporteren binnen eigen gelederen dat de gesprekken zijn vastgelopen. Dit is pertinent onjuist, wij waren er klaar voor om die gesprekken te voeren. Wij maakte zelfs bezwaar tegen het opschorten van de gesprekken in ons schrijven van 13 maart 2017. De provinciale arrogantie, leert ons, dat tot de dag van vandaag, men hierover zwijgt. Snapt u hoe lastig het voor ons is om die menselijke maat weer te vinden? Nadrukkelijk willen wij erop wijzen dat wij nimmer hebben geroepen dat wij niet met andere partijen om de tafel zouden willen gaan zitten. Welk recht zouden wij überhaupt hebben om andere partijen van een overlegtafel te weren? Het is de provincie geweest die op niet transparante wijze verschillenden clubjes had waar ze mee om de tafel is gegaan die een volledig eigen overleg voerde over het door de provincie apart gelabelde inrichtingsbudget. Hierdoor is onbedoeld frictie ontstaan tussen de CPG en natuurclubs, veroorzaakt door de wijze waarop de provincie dat heeft aangepakt. Wel hebben we over het inrichtingsbudget een andere input en dat is dat wij meer zoeken naar een functionele inrichting van het landschap die kan bijdrage aan maskering van het zicht op het windpark. Dit in tegenstelling tot de input van natuurclubs die drukdoende waren met ideeën voor het aanbrengen van leuke paadjes, slootjes en een fietsveer (waarvoor op dat stuk van het Spui de veerrechten al bij een andere partij liggen en afkoop een kostbare zaak zal worden) wat dan gerealiseerd moet worden met een zeer beperkt budget van €100.000,= aangevuld (onder strikte voorwaarde) met een UPG potje van nog eens €100.000,=. Zeker als de kosten van het onderhoud daarvan weer terugkomen bij de inwoners van de Hoeksche Waard/Nissewaard. Dit gezegd hebbende, willen we er toch even op wijzen dat de anterieure overeenkomst op pagina 44 heel duidelijk weergeeft, dat juist die CPG de gesprekspartner is voor het inrichtingsbudget. Hoe kan het dan, als we zoveel waarde hechten aan die anterieure overeenkomst, dat de provincie keer op keer blijft zoeken naar die brede vertegenwoordiging, terwijl zijzelf de CPG nadrukkelijk heeft opgenomen in de anterieure overeenkomst? Terwijl wij al voor 8 maart 2017 diverse malen gevraagd hebben met wie die provincie nu om de tafel wil. Wij daar tot op de dag van vandaag nooit een antwoord op hebben ontvangen. Wij schreeuwen niet, maar wij zien wel dat er hard wordt geroepen dat het windpark aan de geluidsnorm voldoet. Dit terwijl het onderzoek van de OZHZ om een voorlopige prognose gaat en die conclusie nu dus veel te voorbarig is. Wij zien in de rapporten dat windturbine 5 (tegen Nieuw-Beijerland) juist niet aan de normen voldoet. Als u dan weet hoe die meetmethode werkt, windturbine 1 en 5 worden gemeten gedurende een periode waarbij de windkracht rond de 2 Bft ligt. De gemeten waardes worden dan geëxtrapoleerd over de andere windturbines en de hogere windsnelheden. Er is dus een enorme reeks van aannames in deze meetmethode zitten. Daarnaast is er voor de vaststelling of een windturbine voldoet aan de geluidnorm een enorme afhankelijkheid van de data die door het windpark zelf wordt aangeleverd. Met name de geluidvermogensniveaus moeten specifiek van de fabrikant (Enercon) komen. Dit zijn dus bedrijfsspecifieke data waar een fabrikant niet mee te koop loopt en zijn voor buitenstaanders ook niet direct toegankelijk. Eén gedachte speelt hier gelijk op en dat is die van de dieselgate. Hoe betrouwbaar zijn de fabrieksdata? Er zijn dus nog veel vragen en onduidelijkheden. Een onafhankelijk expertisebureau Cauberg Huygen, ingehuurd door de gemeente Hoeksche Waard, concludeert in haar rapport (zie bijlage) dat in de rapporten van OZHZ bepaalde informatie ontbreekt of dat bepaalde informatie niet volledig is. Cauberg Huygen zegt daarvan dat daardoor de rapporten niet controleerbaar, herleidbaar en reproduceerbaar zijn. Wij dus verzoeken dat die conclusie grondig onderzocht worden en dat er maximaal aan aanvullende en gerichte metingen worden gedaan, desnoods die de normering overstijgen, dus waarvoor een andere meetmethode wordt gebruikt. Dan nog, als het windpark aan de geluidsnorm zou voldoen, bij de huidige omstandigheden, blijft overlast legaal in stand. Want het voldoen aan de geluidsnorm, geeft geen enkele garantie dat er ook geen overlast ervaren wordt. Dat heeft de Rijksoverheid ook als redelijk geacht dat 9% van de omwonenden ook legaal ernstige hinder mag ondervinden, zonder dat u ook maar een mm uit uw provinciale pluche hoeft te komen. Wat ons betreft moet die overlast weg, ongeacht de normpjes, wij zoeken namelijk de menselijke maat, dat heeft topprioriteit! Dat kan dus ook betekenen dat er in een ander draaimodus gedraaid moet gaan worden, wellicht één die dan maar niet altijd binnen het businessmodel van het windpark past. Het zou overigens de provincie sieren om hier ook een deel van de handschoen op te pakken. Namelijk door haar handelen is de IPO opgaaf van 15 MW voor locatie 50 zwaar overschreden en opgerekt naar 21 MW. Voor de omwonenden hier betekend dat dus 1 windturbine meer en méér overlast (OZHZ – windturbine 5 voldoet niet aan de norm) Voor de provincie wel zo prettig om haar windparkvermogensboekhouding Van 735,5 MW zo snel mogelijk vol te kunnen schrijven. Wij vinden oprecht dat de provincie hier een maat heeft overschreden! Verder constateren wij dat vanuit de burenregeling er een potje beschikbaar is gemaakt van €50.000,00. Hiervan zijn inmiddels een 21 tal woningen geïnspecteerd door LBP Sight en de rapporten daarvan zijn half augustus afgegeven aan Klein Piershil BV. Sinds die tijd beschikken de huiseigenaren van de onderzochte woningen nog altijd niet over een kopie afschrift van dat rapport, laat staan een concreet plan van aanpak voor isolatie van die woningen. Overigens wil het gerucht dat als alle in de rapporten genoemde maatregelen uitgevoerd zouden moeten worden, het in de tonnen loopt. Wie gaat dat betalen? Wij schreeuwen niet, maar we zien wel mensen vertrekken omdat er een windturbinepark is gebouwd in hun woon- en leefomgeving, waarvan sommige al meer dan 40 jaar hier woonde. We vernemen dat de aantal klachten, ingediend bij de OZHZ, inmiddels is gestegen tot boven de 550. Wij constateren dat melders van deze klachten ook wel klagers worden genoemd. Daarmee begeef je je al snel op het pad van bagatelliseren. Mensen hier klagen niet snel. Ik geeft het u te doen, de mensen hebben ook geen ander middel. Ze kunnen alleen hun waarnemingen melden bij de OZHZ. Deze kan de meldingen alleen noteren. De directe overlast kan niet worden weggenomen door de huidige geluidnorm. Wij constateren dat er gespreksnotities zijn waarin OZHZ medewerkers ook die frustratie hebben en ook openlijk aangeven dat de situatie niet normaal is. Meldingen kunnen ook gedaan worden bij windpark Spui, die heeft inmiddels een standaard antwoord mail en zijn tot dusver niet in beweging om overlast echt weg te nemen. Mogelijk hooguit wat aan de draaiuren sleutelt, maar dat dan niet aan de omgeving communiceert. Wij constateren dat mensen die dit gebied kort bezoeken, niet begrijpen waar nu alle drukte om gemaakt wordt. Ze zien een mooi landschap en daar draaien een paar windturbines, ze fietsen of wandelen er onderdoor en horen niks, hebben nergens last van en gaan weer huiswaarts. Het ligt voor de hand onder die omstandigheden te bagatelliseren. Dat maakt het ook zo complex om uit te leggen waar die overlast zit omdat het heel plaats specifiek gebonden is. Door de ligging van de woning kan de ene woning meer overlast ervaren dan z’n buurman. De mate van overlast ervaring kan dan ook nog eens van mens tot mens verschillen. Eerlijk is eerlijk er wonen hier ook mensen in het gebied die ze mooi vinden, trots zijn dat we hier duurzame windenergie opwekken en geen aanstoot nemen in de overlast van andere. Het zou wat zijn dat de ca. 7500 omwonenden allen diezelfde overlast zouden hebben. Mensen hier hebben niet gevraagd om dit windpark op deze locatie, dat is de basis en om nu terug te redeneren vanuit de positie als het windpark er dus wel staat, doet tekort aan op welke wijze dit windpark tot stand is gekomen en de werkelijke ernstige overlast die nu door omwonenden ervaren wordt. Ook omwonenden die zich nooit zo druk maakte om het inpassingsproces maar die nu constateren dat ze daadwerkelijk overlast ervaren. Altijd gedacht hadden dat de overheid wel zou toezien op een gezond woon- en leefklimaat. Daar dus blind vertrouwen in hadden en zich nu enorm bekocht voelen. Ook rapporteren dat ze meer overlast van het windpark hebben dan dat ze ooit dachten te zouden hebben. Mensen die nu overlast melden hebben last van de slagschaduw, mensen die niet meer in de tuin kunnen zitten, mensen die rapporteren dat ze geen mollen meer in de tuin zien, bepaalde vogels die wegblijven. Dat baart mensen zorgen, want juist dieren reageren vaak alerter dan de mens op veranderde omstandigheden in de leefomgeving. Mensen rapporteren dat ze overdag hun huis verlaten omdat het in huis niet meer prettig verblijven is door het monotone gedreun en mensen die niet meer kunnen slapen. Het onregelmatige zjoef-zjoef van windturbines is niet vergelijkbaar met verkeersherrie, deze zwelt aan en verdwijnt, het kent niet dat opvallende repeterende karakter, een marteling die een gezond mens tot waanzin kan drijven! Wij zoeken de menselijke maat! Wij constateren in gespreksnotities van omwonenden dat medewerkers van Enercon, die hier de turbines kwamen inregelen, nog nooit zoiets hadden meegemaakt, een windpark met dit formaat windturbines, dat zo dicht op de woningen staat, dat is niet normaal. Wij constateren dat in de ons omringende lande andere normen voor windparken gelden, wij constateren dat diverse (gezondheid) organisaties (WHO/GGD) zich ernstig zorgen maken over de impact op de gezondheid van mens en dier van de alsmaar groter wordende windturbines in Nederland. Wij constateren dat al die organisaties vastlopen doordat gedegen onderzoek ontbreekt, wij dus als omwonenden nu in een open lucht laboratorium leven, blootgesteld aan allerlei aannames en als proefkonijn fungeren op beleid wat ook wel eens faliekant de mist in kan gaan. Windenergie wordt ook wel eens de transitie energie genoemd, bij gebrek aan beter, over 25 jaar als (sommige van) u achter de elektrische rollator lopen, mogen uw collega’s de troep op komen ruimen. Als mens zult u dat haarfijn aanvoelen, maar functionerend vanuit uw politieke cocon, zult u wat anders roepen. Niemand van u deed ook maar enige moeite om ons verzoek tot meer onderzoek naar de geluidnorm van windturbines aan de kaak te stellen. Wij stuurde uw griffie op 22 februari jl. het volledige verzoek, maar ook aan de 335 gemeente in Nederland en aan de Rijksoverheid. De enige norm met een menselijke maat is de Duitse (deelstaat Beieren) 10H norm, die uitgaat van een afstand tot de woningen van 10 maal de tiphoogte. Daarnaast zou het meetvoorschrift een gemeten waarde moeten zijn op de gevel en in de woning en niet zoals nu gebruikelijk een jaargemiddelde op basis van een rekenmethode en aannames. Wij constateren dat windpark Spui inmiddels al over een nieuwe eigenaar beschikt. De werkmaatschappij is Klein Piershil BV waarin Yard Energy Group BV de groot aandeelhouder was, maar inmiddels een minderheidsbelang heeft. Middels bedrijfjes schuiven is nu de Japanse hoofdinvesteerder Eurus Energy (aandeelhouder Toyota) ook grootaandeelhouder in windpark Spui. Japanners die hier dus invloed hebben op onze elektriciteitsvoorziening. Nu kun je jezelf een slechtere partner wensen, maar toch. Ik haal het maar even aan. We zijn zo angstig om gas bij de Russen af te nemen. Toch benieuwd hoe al die andere wind- en zonneparken dan gefinancierd worden en welke afhankelijkheid wij daarmee op de lange termijn creëren. Over een periode van 15 jaar draait windpark Spui er zo’n €56 miljoen SDE+ subsidie doorheen. Dus ja, daar mag je best iets van vinden. Wat wij concreet zien en ook tijdens de gesprekken hebben ondervonden is dat deze partijen uitermate handig en slim zijn met hun legale handelspraktijken. Wij daarvan ook vinden dat de lijn met deze handelspraktijken en het maatschappelijk verantwoord ondernemen, uiterst dun is. Wij het gevoel hebben dat dit windpark er in deze omvang is gekomen, alleen en uitsluitend omdat de focus volledig en eenzijdig lag op het rondkrijgen van het businessplan, waarbij in onze beleving de menselijke maat ernstig is overschreden. Wat wij verder zien in deze context is dat er in het participatieplan een obligatieregeling is opgenomen. Een regeling waarvan wij vanaf dag 1 hebben gezegd dat we die niet willen. Omwonenden gaan geen geld lenen aan een windpark welke hun woon- en leefomgeving ernstige schade toebrengt. Dit nog los van de (geluid)overlast die wordt ervaren. Daarnaast zijn de gestelde voorwaarde voor deze regeling uiterst consument onvriendelijk en discutabel, zelfs sterk af te raden om je aan zo’n financieel product te binden. Wij hebben begrepen dat deze obligatieregeling door Klein Piershil BV is ondergebracht bij het internetplatform www.duurzaamInvesteren.nl. Vanuit onze achterban is geconstateerd dat de uitvoering van deze obligatieregeling niet conform de oorspronkelijke regeling is uitgevoerd. Er zouden 2 postcode gebieden worden vastgesteld van 0-750 en van 750-1500 mtr met een looptijd van 5 jaar (zie bijlage anterieure overeenkomt, pagina 43). De huidige regeling heeft een looptijd van 10 jaar en bestrijkt een postcode gebied van ruim 3000 meter om het windpark. Verder is geconstateerd dat de regeling open stond voor omwonenden van windpark Spui in de periode van 1 tot 21 september jl. Gedurende deze openstelling is geconstateerd dat de inschrijvingen, die te volgen waren via de website www.duurzaaminvesteren.nl, er maar zeer beperkt op ingeschreven werd. Op 21 september was er krap een bedrag van zo’n €520.000,00 aan inschrijvingen binnen (zie foto in de bijlage). In de periode van 22 tot 25 september waren er geen bijschrijvingen en 26 september zou de inschrijving off line zijn geweest en 27 september was het fonds volgeschreven met €2,5 miljoen. Dit is dus een constatering waar de achterban wel de nodige vragen bij heeft. Het wekt de indruk dat in 1 dag zo’n krappe €2 miljoen is bijgeschreven. Welke slimmerik had de bevoegdheid om in 1 dag voor zoveel geld in te schrijven? Er dient hierbij aangetekend te worden dat gedurende het participatieproces in de periode 2016 en 2017 er een openstaand agendapunt is opgenomen, dat eventuele niet benutte inschrijvingen op de obligatieregeling en dus de daarop niet uit te keren rente, eventueel gestort zou worden in het gebiedsfonds. Hiervoor is eerder door Klein Piershil BV een bedrag genoemd van zo’n €15.000,00. Als burgergroep kunnen wij alleen vaststellen wat aan ons zichtbaar wordt gemaakt. Er wordt nog geen conclusie getrokken, maar er is wel een hardnekkige beeldvorming. De provincie is contractpartij in de anterieure overeenkomst en in die hoedanigheid zouden we toch wel willen weten:
  1. Welke afspraken zijn er gemaakt die de ruimte gaven aan de exploitant om in sterke mate af te wijken van de anterieure overeenkomst
  2. Is er uit afspraken met de exploitant te verklaren welke partijen, na sluiting van de obligatieregeling op 21 september 2019, de bevoegdheid hadden, inschrijvingen te plaatsen met een omvang van een krappe €2 miljoen die op of omstreeks 27 september 2019 in één keer geplaatst zijn?
Mogelijk dat er nog vele facetten onbelicht zijn gebleven, maar ik mag aannemen dat de rode draad toch wel zichtbaar is. Als mens zult u dat haarfijn aanvoelen, maar functionerend vanuit uw politieke cocon, zult u wat anders roepen. Wij zoeken die menselijke factor, gaat u helpen en ontpopt u zich tot een ware volksvertegenwoordiger? Wat hier is gebeurt, klopt niet, kan niet en mag nooit meer gebeuren. Als we die eindconclusie samen hebben getrokken, zal de schade hersteld moeten worden. Dat gaat aan de ene kant om veel geld maar ook om een pragmatische en menselijke benadering. En alstublieft komt u niet met de vraag naar ons toe, “wat kunnen wij concreet voor u betekenen”. Die zagen we in het verleden al diverse malen voorbij komen. Het is een brevet van onvermogen, u straalt daarmee uit, wij weten het ook niet. Als u concrete antwoorden zoekt, dan dwingt u ons te stellen dat; De omwonenden hier gingen van 29 dB(A) op de gevel naar 24/7 50 á 60 dB(A), dat is niet normaal, pas de geluids- en afstandsnormen aan. Mensen hebben recht op rust, draai alleen tijdens kantooruren, immers OZHZ/DCMR/Enercon zeiden zelf, dit windpark staat veel te dicht op de woningen. Mensen zouden eigenlijk marktconform moeten worden uitgekocht of dermate op jaarbasis gecompenseerd moeten worden dat zij of weg kunnen of echt goed afdoende kunnen isoleren plus geluidschade compensatie, en als dat een precedent schept, schep een precedent. Acteer daarop met terugwerkende kracht; ontmantel/verplaats. Dat laatste, met de huidige kennis en omstandighden, zou het grootste ideaal zijn, wel in de wetenschap dat we daar nog minimaal 25 jaar op moeten wachten. Wie dan leeft, wie dan zorgt, toch? Maakt u onze woonomgeving weer leefbaar? Dank voor uw aandacht. Met vriendelijke groet, Mark Speldenbrink Dorpsvereniging Filopopers, Nieuw-Beijerland Namens werkgroep CPG E-mail: Mark@Filopopers.nl